• HOME
• Ghana

Visieloos leiderschap, de oorzaak van Ghana's achterstand in ontwikkeling

Dr. Hippolyt Pul

door Ghanaian Chronicle

Volgens de heer Hippolyt Pul, Coördinator van de All Africa Peace Building
Initiatives van de Catholic Relief Services (AAPI/CRS) is visieloos en 
ineffectief leiderschap de vloek van de onderontwikkeling van het land en
de noordelijke regio in het bijzonder. Hij zei dat de situatie was verergerd
door de overpolitisering van bijna alles in ons politieke bestel in die mate
dat er geen betekenisvolle consensus kan worden bereikt over de uitvoering 
van belangrijke nationale zaken. De heer Pul zei dit toen hij een toespraak
hield over 'Leiderschap, de ontbrekende schakel in de politiek van 
ontwikkeling' tijdens de derde Cardinal Dery Memorial Lectures in Tamale
in het weekend.

Wijlen kardinaal Porekuu Dery werd in 1951 tot priester gewijd en gestationeerd
in Nandom, waar hij diende als kapelaan en lokaal manager van scholen. In 1957 
werd hij benoemd tot de eerste Afrikaanse pastoor van de parochie Kaleo. 

Kardinaal Dery werd op 8 mei 1960 door paus Johannes XXXIII tot bisschop 
gewijd. Kort daarna werd hij bevorderd tot aartsbisschop. Op 30 juni 1994 
ging hij met emeritaat als aartsbisschop van Tamale en op 24 maart 2006  
werd Aartsbisschop Dery door paus Benedictus XVI benoemd tot kardinaal-diaken, 
een erkenning voor de grote bijdrage die hij heeft geleverd aan de kerk in Ghana, 
en voor de samenleving als geheel. De kardinaal overleed op 6 maart 2007, 
tijdens het 50-jarig jubileum viering van de onafhankelijkheid van Ghana.

De heer Pul merkte op dat in plaats van visionair en moedig leiderschap, 
de natie was belast met egoïstische, onpatriottische en corrupte leiders, 
die, in tegenstelling tot de leiders in de Aziatische landen, hadden nagelaten 
strategische nationale plannen te bedenken om hun mensen te motiveren hun visies 
voor de snelle ontwikkeling van hun landen te omarmen. Hij zei dat er de 
neiging was om elke kwestie van publiekbelang te politiseren en 'partijdig 
te maken'. De belangen en tegenstellingen zijn zo groot dat ze niet in staat 
zijn om een emotieloze en objectieve discussie te voeren, over wat dan ook, 
zonder elkaar te beschuldigingen. En merkte verder op dat het triest 
was dat onze politieke leiders een dergelijk gedrag aanwakkerden. 
De heer Pul zei dat het onvermogen om onpartijdig te debatteren en het 
eens te worden over zaken had bijgedragen aan het ontbreken van nationale 
agenda's over wat dan ook.

Beleid en programma's veranderen net zo vaak als regeringen veranderen.
'Naties die de ketenen van armoede hebben doorbroken en de ontwikkeling 
hebben ondersteund van hun burgers hebben dit gedaan op basis van 
gezamenlijk overeengekomen agenda's. Politieke debatten in dergelijke 
landen gaan niet over wat er in welke sector moet worden gedaan, maar 
over hoe het het beste kan worden gedaan wat er moet gebeuren, zei hij.
Helaas, in dit opzicht, zei de AAPI-coördinator, zou Ghana nog steeds 
op zoek kunnen zijn naar haar politieke Mozes, een sterke visionaire 
leider, die pleiten voor processen voor het creëren van nationale 
consensus over wat nodig is om te doen, en vervolgens mensen van alle 
politieke en partijdige overtuigingen te mobiliseren om die visie te 
aanvaarden en uit te voeren. De heer Pul zei dat het onderwijssysteem, 
het Stamhoofden systeem en bepaalde culturele overtuigingen in het land 
ook in grote mate hadden bijgedragen aan de onderontwikkeling en armoede, 
te midden van de talrijke natuurlijke hulpbronnen die het land heeft.

Hij zei bijvoorbeeld dat één van de dingen die de Aziatische landen, 
vooral Singapore, onder leiding van Lee Kuan Yew deden, waren 
strategische en duurzame investeringen in de ontwikkeling van het menselijk 
potentieel, door middel van onderwijs. Hij zei daarentegen dat het 
onderwijssysteem van Ghana zo was gepolitiseerd dat opeenvolgende 
regeringen zijn blijven sleutelen aan het onderwijssysteem zo erg dat 
'onze kinderen nooit weten wat voor soort onderwijs van het ene op het 
andere jaar van ze wordt gevraagd om aan deel te nemen’. Om de situatie 
te verhelpen en de weg vrij te maken voor de ontwikkeling van het land, 
heeft de heer Pul politieke partijen en andere belanghebbenden, zoals 
traditionele autoriteiten aanbevolen te investeren in het opleiden van 
toekomstige leiders voor hun belangengroepen, door middel van formele en 
praktische ontwikkeling van hun capaciteiten. Het leiderschapstrainingen- 
en screeningproces moet alle aspiranten inprenten dat een politiek ambt 
vooral, de deugden van eerlijkheid, rechtschapenheid, verantwoordelijkheid 
en een toewijding aan de nationale zaak in zich draagt. Hij suggereerde ook 
aan politieke partijen een verandering van de manier waarop ze kandidaten 
selecteren voor leiderschapsposities in de staat. En dat deelname aan 
partij- of stakeholdercongressen, en het vermogen om aan de financiële 
vereisten voor kandidatuur te voldoen, niet de enige instrumenten mogen 
zijn voor de selectie van presidents- en parlementskandidaten.

Hij zei dat het eerder een vereiste zou moeten zijn dat die potentiële 
kandidaten een of andere vorm van leiderschap en ideologische training 
hebben moeten ondergaan, die in overeenstemming is met de blootstellingen 
en de capaciteiten die nodig zijn voor effectieve prestaties op het niveau 
van waarop zij een politiek ambt zoeken. ? GNA